Berend Botje wilde naar Amerika maar is gestrand op het onbewoonde eiland Bokkum. Zijn rust wordt daar verstoord door de komst van de tweeling Roma en Justus en hun gouvernante Hanekam. De kinderen vinden Bokkum saai, maar dat verandert als de waddengids Lammetje en de schurk Reuzelaar ook het eiland bezoeken.
Met deze bemanning lukt het Berend om zijn eiland los te krijgen om alsnog Amerika varend te bereiken. Op hun tocht beleven ze avonturen met ijsberen op ijsbergen, stormen en windstiltes en de bijna uitgestorven Snipsnap
Ondertussen krijgt Reuzelaar stevige ruzie met de kinderen. Zij ontdekken dat hij een gemeen plannetje heeft. Stiekem boort hij steeds naar olie of gas. Het resultaat is echter dat hij midden op de oceaan het eiland lek prikt. De kinderen weten het gat slim te dichten en een ramp te voorkomen. Reuzelaar wordt uiteraard gestraft.
Dan, net als het Snipsnapei uitkomt en het jonge leven zelfs Reuzelaar weet te ontroeren, legt Bokkum aan bij het Vrijheidsbeeld. De tocht is volbracht en Berend Botje is in Amerika.