Tante Daan is overleden en de familie Keyser komt na de besloten begrafenis bij elkaar in de woning van de overledene. Tante, ooit een succesvolle actrice en het zwarte schaap van de familie, woonde alleen. De zwijgzame vrouw, die de familie ontvangt, lijkt haar huishoudelijke hulp geweest te zijn.

Al gauw ontstaat er een touwtrekken om objecten als de Ming-vaas , het Dali-schilderij, maar vooral wordt er gezocht naar een in het verleden verdwenen familiebezit: het Keysercollier. Het onuitgesproken familiegeheim wil dat vader Keyser een onstuimige affaire met zijn schoonzuster heeft gehad. Zou hij haar stilzwijgen met het collier haar stilzwijgen hebben gekocht?

Het bleek die dag van de begrafenis dat tante zich ooit had aangesloten bij een kleine sekte, de Kudde. De “Herder”, die de begrafenis op een opvallende manier had geleid, blijkt een boodschap van tante door te moeten geven. Door onderling gekrakeel en allerlei ongelukjes blijft het heel lang onduidelijk waaruit die boodschap bestaat.

Bovendien rijzen er allerlei vragen: Bestaat er echt wel een “Kudde”?
Waarom koopt Eppo zomaar een fles champagne? Is het schilderij echt wel een Dali? Is de stukgevallen vaas wel een Ming? Is Krijn net zo’n schuinsmarcheerder als zijn vader? Kent Gina die “Herder” ergens van en waarom moet die man zoveel naar het toilet?
Hoe erg is de liesbreuk van Coba? Maar vooral: waar is het Keysercollier en voor wie is deze bestemd….??

Als de Herder als bedrieger door de mand is gevallen, als neef en nichten met hun hebzucht het onderspit lijken te delven, het collier in de stortbak wordt gevonden, dan wordt onthuld dat die “huishoudelijke hulp” vrouw de dochter is van tante en… een halfzus van neef en nichten! Zij erft alles!

Dat had ze gedacht….