Vrijdagmorgen 17 augustus en dus Sint Juttemis.

Het doorgaans zo stille kustplaatsje Schuimgat, op vier kilometer afstand van de drukke badplaats Lammerskoog, ziet de laatste dagen zwart van de journalisten. In deze zomerse komkommertijd komen ze af op anonieme maar sensationele tips over de dorpsfiguur Juttemis. Wat is er mis met Juttemis?

Jut is een onopvallende, zwijgzame en ook wel wat simpele jutter. Na zijn raadselachtig ongeluk lang geleden zijn er gelukkig in het dorp een aantal mensen die hem op verschillende manieren bijstaan. IJsbrand Bolle bijvoorbeeld, de corpulente en conservatieve wethouder, is Juts financiële raadsman. IJs dingt zijn hele leven al naar de hand van Juul, de buurvrouw die Jut van soep en schone kleren voorziet.

IJs, die in Schuimgat niets veranderd wil zien, heeft deze dag echter ook andere dingen aan zijn hoofd. Hij heeft te maken met de grootse plannen van Terplecke. Deze gloednieuwe vrouwelijke burgemeester wil van Schuimgat een bloeiende badplaats maken. Met de superrijke Duitse toeriste Dr. Frommel denkt zij op het terrein van Juttemis een Frommel vijfsterrenhotel te realiseren.

Bonne, de felle dochter van Juul, is ook zeer op Jut gesteld. Deze dag, kort voor haar uitzending naar Nieuw Guinea, zet zij alles op alles om eindelijk te horen wie haar vader is. Ze hoopt vurig dat het Juttemis is.

Aan het eind van de dag op haar afscheidsfeestje, na een dag vol verwikkelingen, arrestaties, liefdesverklaringen en veel ouwe koeien in en uit de sloot, krijgt Bonne antwoord op haar prangende vragen. Met een verliefd hart -maar ook met nieuwe vragen- zal zij naar Nieuw Guinea afreizen.